Hoogsensitiviteit geeft meer kans op burn-out


hoogsensitief vierkant

In de bedrijfswereld wordt hoogsensitiviteit nog vaak als zweverig weggezet, maar naar schatting is een op de vijf mensen hoogsensitief. Hoogsensitieven hebben een verhoogd risico om naar een burn-out af te glijden, maar als ze goed in hun vel zitten, zijn ze heel creatief en verantwoordelijk, zo meldt knack.be.

Als er plotseling twee boeken  verschijnen over een onderwerp dat tien jaar geleden nauwelijks werd besproken, weet je dat het over een nieuw maatschappelijk probleem gaat. Tommy Browaeys getuigt in zijn boek Wake-up call over hoogsensitiviteit en burn-out. Klinisch psychologe Elke Van Hoof is de auteur van Hoogsensitief, dat ook dit jaar verscheen.

Iemand die hoogsensitief is, krijgt veel meer prikkels binnen. Als een normaal persoon vijf zintuiglijke prikkels ontvangt, komen er bij een hoogsensitieve persoon gemakkelijk twintig binnen. Dat komt doordat er iets fout loopt met de filter die de prikkels uit de buitenwereld selecteert. “Je lichaam staat zo veel sneller onder spanning”, zegt Myriam Vandenbroeke, psychotherapeute bij de coachingpraktijk attendo3, die Tommy Browaeys begeleidde. “Als je stress hebt op het werk en daar nog stress bij komt door problemen in je relatie, of gewoon door de gezinsdruk wanneer je kinderen hebt, dan is dat de spreekwoordelijke druppel.”

Dat hoogsensitiviteit juist nu heel wat aandacht krijgt, is geen toeval. Vooral door de digitalisering krijgen we massa’s meer prikkels binnen dan tien of twintig jaar geleden. De voortdurende stroom van e-mails, sms’jes, statusupdates op sociale netwerken, nieuwe apps, samen met de grote hoeveelheid videofilmpjes en artikels die worden gedeeld, leiden ertoe dat ons emmertje prikkels veel sneller vol is dan vroeger.

De groep vooruithelpen
Hoogsensitieven krijgen niet alleen meer prikkels binnen, ze zijn ook sterk gericht op de buitenwereld. “Tijd en ruimte voor jezelf maken is ontzettend moeilijk”, legt Myriam Vandenbroeke uit. “Ze hebben extra voelsprieten om te voelen wat iemand nodig heeft.” Elke Van Hoof, hoogleraar medische en gezondheidspsychologie aan de VUB, beaamt dat. “Ze zijn te veel met anderen en te weinig met zichzelf bezig. Daardoor hebben ze niet zo’n goed inzicht in welke meerwaarde ze hun bedrijf kunnen bieden.”

Over die meerwaarde zijn experts het eens. “Ze hebben vaak een verhoogde creativiteit en vertonen prosociaal gedrag”, zegt professor Van Hoof. “Dat is gedrag van een werknemer dat ten goede komt aan het hele bedrijf, zonder dat hij daarvoor wordt verloond. Hoogsensitieven willen de hele groep vooruithelpen.”

Attendo3 ziet in zijn praktijk dat meer mensen met hoogsensitiviteit in de problemen komen. Maar dat uit zich niet altijd in een burn-out. Ze gaan bijvoorbeeld sneller een conflict aan op het werk en ze merken dat ze een kort lontje hebben. Of ze hebben angst voor sociale contacten.

Elke burn-out is een unieke samenloop van omstandigheden, waarbij je moeilijk kunt afbakenen in hoeverre de werknemer of de werkgever ervoor verantwoordelijk is. Voor iemand die in een echtscheiding zit, kan een klein probleem op het werk de druppel zijn die de emmer doet overlopen. “Het bedrijf moet bepalen hoever het daarin wil gaan”, zegt psychotherapeute Mien Gheysens van attendo3 en een dochter van Myriam Vandenbroeke. “Een bedrijf is geen liefdadigheidsinstelling. Bedrijven hebben er wel belang bij dat het goed gaat met hun werknemers.”

Elke Van Hoof is er geen voorstander van dat hoogsensitieve mensen hun werkgever vertellen dat ze hoogsensitief zijn. “Iemand die assertief is, doet dat ook niet”, zegt Van Hoof. “Ik vind dat echt een non-issue. Een werkgever heeft hoe dan ook de opdracht zijn menselijk kapitaal zo goed mogelijk in te zetten om de bedrijfsdoelen te halen.” Anders gezegd: als een bedrijf de sterke punten van een werknemer op de juiste manier inzet, is het niet meer van belang dat je weet of iemand hoogsensitief is of niet. Zo vermijd je tegelijk dat je werknemers te veel reduceert tot de labels die op hen kleven. Te weinig bedrijven zetten hun menselijk kapitaal goed in, volgens Van Hoof. “Er is te weinig aandacht voor de diversiteit bij werknemers.”

Cultuur van openheid
Wat bedrijven nog kunnen doen, is een cultuur van openheid installeren. “Zodat mensen veel sneller aankloppen bij hun collega’s en leidinggevenden, ” weet Mien Gheysens. “Bedrijven zoeken te veel naar een wondermiddel. Ze zoeken naar één voordracht die ineens alles moet veranderen, waardoor mensen in hun bedrijf geen kans hebben op burn-out. Zo werkt het niet, het is een proces waar je elke dag aan werkt.”

Bedrijven kunnen openheid creëren, maar werknemers moeten er vooral zelf over waken dat ze zich niet in nesten werken. Tommy Browaeys beschrijft hoe hij nu een heel gereedschapskistje met allerlei technieken heeft om zelf het tempo van zijn leven en zijn werk te bepalen. Daarin zitten onder meer yoga, mindfulness, de vierdagenweek, sporten en schrijven. “Het moeilijkste is nog de tgv te doen stoppen”, zegt Myriam Vandenbroeke. “Vanwege het schuldgevoel. Het zijn vaak heel loyale medewerkers, die gedreven en nauwgezet zijn en respect hebben voor hun werkgever. Tot ze merken dat hun lichaam protesteert. Omdat hun lijf niet mee wil, springt de veer. Pas dan vragen ze zich af of ze niet te perfectionistisch en te streng zijn voor zichzelf, of kijken ze wat hun persoonlijke waarden en behoeften zijn. Omdat ze de blik zo naar buiten richten, is het bijzonder moeilijk stil te staan. Ze hebben fysieke en emotionele pijn. Dan is mindfulness, yoga, vertragen, tijd en ruimte nemen voor zichzelf het enige antwoord. Burn-out is een energieprobleem.”

In de bedrijfswereld vinden onderwerpen als mindfulness meer en meer ingang, maar zijn ze nog lang geen vanzelfsprekend gespreksonderwerp. Zeker bij het topmanagement wordt mindfulness snel afgedaan als zweverig. “Best wel grappig”, zegt Mien Gheysens. “Als je tegen managers zegt dat we tijdens de volgende sessie aan mindfulness zullen doen, komen ze niet meer terug. Als je gewoon zegt dat we een korte ademhalingsoefening doen, zeggen ze daarna allemaal hoeveel deugd het hen deed.”

Tommy Browaeys, Wake-up call, Witsand Uitgevers, 176 blz., 19,95 euro Elke Van Hoof, Hoogsensitief, Lannoo Campus, 200 blz., 24,99 euro


Bron: ggznieuws.nl / knack.be


Lees meer >>