Huisarts verliest registratie na declaratiefraude


map vierkant

Bewuste, stelselmatige, zeer omvangrijke declaratiefraude gedurende een lange periode rechtvaardigt doorhaling in het BIG-register van een huisarts. Dat heeft het Regionaal Tuchtcollege te Zwolle geoordeeld. De arts gaat tegen deze uitspraak in hoger beroep.

Zeven verzekeraars betichtten de huisarts voor het tuchtcollege van fraude. De huisarts had sinds 2009 een huisartspraktijk, en zijn preferente verzekeraar was Achmea. Achmea had in 2014 na eigen onderzoek naar de declaratie van de arts een fraudesignaal afgegeven via Zorgverzekeraars Nederland, waarna ook andere zorgverzekeraars onderzoek uitvoerden.

Volgens de verzekeraars kwam daaruit naar voren dat de arts zich aan verschillende zaken had schuldig gemaakt: bij veel declaraties was geen aantekening in het patiëntendossier terug te vinden, patiënten gaven aan gedeclareerde zorg niet te hebben ontvangen, bovengemiddeld veel lange consulten werden gedeclareerd en ANW-diensten werden gedeclareerd naast de vergoeding die al werd ontvangen via een huisartsendienstenstructuur. Ook werd gedurende vier jaar op 61 procent van de dagen meer dan 17 uur werk gedeclareerd, met uitschieters tot 135 uur werk. Verder werden het uitschrijven van herhaalrecepten, griepprikken en telefonische consults als regulier consult gedeclareerd.

De Nederlandse Zorgautoriteit legde de huisarts na een melding door Achmea dit najaar al een boete op van 100.000 euro, voor veelvuldig onjuist declareren.

De huisarts ontkende bij het tuchtcollege dat hij verzekeraars heeft opgelicht. Zijn praktijk met relatief veel buitenlandse patiënten met psychische problemen, patiënten met verslavingsproblemen en dak- en thuislozen zouden een verklaring zijn voor de vele en lange consulten. Hij erkende dat de administratie niet op orde was door de groei van de praktijk. Door zijn toenmalige assistent zouden fouten zijn gemaakt. De arts heeft dan ook vorig jaar aangifte van oplichting door zijn assistent gedaan. Betalingen waren deels op de privérekening van de assistent gestort. Deze heeft verklaard dat dit in overleg met de huisarts was gebeurd.

De ANW-declaraties zijn volgens de arts te wijten aan verwarrende en onduidelijk regels hierover. Dat patiënten bij het onderzoek van verzekeraars hadden aangegeven zorg niet te hebben ontvangen, zou te maken hebben met hun dementie of psychiatrische problemen. De huisarts laat zijn declaraties tegenwoordig door een administratiekantoor verrichten.

Volgens het regionaal tuchtcollege hebben de verzekeraars echter voldoende aannemelijk gemaakt dat er op grote schaal langdurig onrechtmatig is gedeclareerd, en komt dat ook naar voren uit het boetebesluit van de NZa. De huisarts kan zich volgens het college niet verschuilen achter een fouten makende assistent, omdat uit declaratieoverzichten ‘zonneklaar’ was er teveel was gedeclareerd. De omvang en duur van de fraude rechtvaardigen een doorhaling, aldus het college.


Bron: medischcontact.nl


Lees meer >>