Niet elk kind wat druk is heeft ADHD en andersom


adhd_kind_school_vierkant

ADHD bij kinderen is soms moeilijk te herkennen, niet te genezen, vaak wel te managen. Een gesprek met Joli Luijckx, woordvoerder van Oudervereniging Balans die ouders van een ADHD-kind wegwijs maakt in de precaire zorg voor een kind met een andere belevingswereld.

Het is soms een dilemma voor ouders van jonge kinderen: je kind vertoont bepaald gedrag en hoe kom je er dan achter of dit slechts een fase en dus iets tijdelijks en onschuldigs is of dat er iets ernstigers gaande is? Wat dat betreft is een van de lastigste aandoeningen Attention Deficit Hyperactivity Disorder, beter bekend als ADHD. Tussen kinderen met ADHD bestaan namelijk net zo veel verschillen als tussen ‘gewone’ kinderen.

Stoornis in de hersenen
ADHD wordt veroorzaakt door een neurobiologische stoornis in de hersenen waarbij er iets mis is met de verbindingen tussen zenuwcellen via zogenoemde neurotransmitters. Vaak is ADHD erfelijk bepaald en ook de omgeving speelt een rol. Hoe weet je als ouder wat je moet doen en hoe je moet vaststellen of je kind deze aandoening heeft? Bij Balans, een landelijke vereniging die ouders advies en informatie geeft over ontwikkelingsstoornissen als ADHD en ADD, weten ze er alles van.

Plotselinge woedeaanvallen
Woordvoerder van Balans is Joli Luijckx, zelf moeder van een kind met een ontwikkelingsstoornis. Over het herkennen van ADHD vertelt zij: “Het begint er vaak mee dat ouders het gevoel hebben dat het niet helemaal lekker loopt met hun kind. Dat kan van alles zijn, leerproblemen op school, of altijd moe, of plotselinge woedeaanvallen. Het probleem is dat het gedrag van een ADHD-kind vaak heel erg lijkt op gedrag dat ieder kind vertoont. Dus moet je bijvoorbeeld letten op de mate waarin het voorkomt.”

Negatief gedrag negeren
“Ouders hebben vaak veel adviezen over opvoeding meegekregen. Ze hebben bijvoorbeeld geleerd dat je positief gedrag moet belonen en negatief gedrag moet negeren. Dat het gedrag van je kind daarmee kunt sturen. Maar bij ADHD gaat dat niet op. In de volksmond staat ADHD voor ‘druk gedrag’. Bij Balans zeggen wij: laten we dat alsjeblieft nooit meer zo stellen. Niet alle drukke kinderen hebben ADHD en niet alle kinderen met ADHD zijn druk.”

Dromen en suffen
“Heel belangrijk is hoe een kind zich op school gedraagt. Daar zit het in een grote groep, krijgt het veel meer prikkels te verwerken, en moet het allemaal ingewikkelde dingen doen. In zo’n situatie komt afwijkend gedrag veel duidelijker naar boven. Veel ADHD-kinderen letten op elk detail, zien elk blaadje buiten uit de boom vallen, of een buurjongetje aan zijn teen kriebelen. En dan moeten ze ook nog eens opletten wat de leraar zegt. Zo’n kind lijkt soms te zitten dromen en te suffen, terwijl het alles maar dan ook alles volgt. Of het wordt heel erg druk. Twee vormen van dezelfde aandoening. Het ene kind wordt misschien zelfs opvliegend, de ander trekt zich in zichzelf terug.”

Knalhard werken
“In beide gevallen zijn de kinderen vaak doodmoe als ze thuiskomen. Dan zien de ouders dus alleen maar een moe kind en meer niet. Van de kinderen zelf, ook de dromerige, hoor je heel vaak terug: “In mijn hoofd is het zo ontzettend druk.” Eigenlijk bedrijven kinderen met ADHD topsport; het is knalhard werken.“

Criteria van de wetenschap
Luijckx raadt ouders aan in eerste instantie naar de huisarts te gaan, maar maakt de kanttekening “lang niet alle huisartsen kunnen ADHD herkennen; was het maar waar.” Ze kunnen ook naar een meldpunt van de gemeente voor een doorverwijzing. Er moet echt een deskundige aan te pas komen om te zien of het kind aan de criteria van de wetenschap voldoet.

Ongeneeslijke aandoening
Luijckx: “De term ADHD heeft in de volksmond iets lacherigs gekregen, maar het is een hele serieuze aandoening met grote gevolgen voor de rest van iemands leven. Een ongeneeslijke aandoening. Daarom moet het gediagnosticeerd en behandeld worden door bijvoorbeeld een kinderarts in combinatie met een ontwikkelingspsycholoog of kinderpsychiater. Ouders kunnen ook naar het gemeentelijke centrum voor jeugd en gezin gaan. Of ze kunnen onze Balans-advieslijn bellen zodat wij de weg wijzen. En ze kunnen lid worden van onze vereniging om op de hoogte te blijven van ontwikkelingen rond ADHD.”

Beetje boos
“Wanneer ADHD is vastgesteld, is het mogelijk om je kind zelf therapie te laten volgen, zodat het kan leren er mee om te gaan. Er bestaat al therapie voor kinderen vanaf 4 of 5 jaar oud. Verstandig is om de school er bij te betrekken. En leraren zelf worden ook getraind om ADHD te herkennen en te begeleiden. Wat ouders zich in elk geval moeten realiseren, is dat een kind met ADHD dingen niet expres doet. Je mag best een beetje boos reageren op een bepaalde handeling van een ADHD-kind en daar de grenzen van aangeven, maar nooit boos worden op het kind zelf. En de hele omgeving, broertjes, zusjes, opa’s en oma’s hebben er mee te maken, dus die moeten ook getraind worden in hoe ze reageren. Door bepaalde behandelingen en begeleiding kan iedereen leren om er beter mee om te gaan. En dat is nodig, want overgaan doet het nooit.”


Bron: ggznieuws.nl / nieuws.nl


Lees meer >>